Meditatie over 2 Samuel 8

Als je soms gedeeltes leest van het Oude Testament, dan zou je maag zich bijna omkeren. Je wordt er soms misselijk van. Als je probeert een voorstelling te maken van wat je leest. Zo’n geschiedenis is ook 2 Samuël 8. Hoe koning David volken overwint, krijgsgevangen laat doden, paarden de pezen doorsnijdt. Waarom doet David dit alles? En hoe kan God dit goedkeuren?

Twee keer staat het in dit hoofdstuk: God gaf David de overwinning overal waar hij heenging (vers 6 en 14). Dat is opvallend. De Bijbel zelf geeft dus duidelijk aan: de HEERE is met David, als hij oorlog voert en overwint. Maar waarom? Dat heeft met verschillende dingen te maken.

Allereerst zien we in hoofdstuk 7 dat God een verbond met David sluit. David en zijn huis zal voor eeuwig koning zijn over Gods volk. God zal zijn naam groot maken. De HEERE verbindt zich dus met David en zijn nageslacht. De zegen daarvan zie je in hoofdstuk 8: God is met David, zoals Hij beloofd heeft. En God gebruikt David om zijn Koninkrijk te vestigen en uit te breiden.

Bovendien zien we hier de satan hard aan het werk. De heidenvolken vinden het niet goed dat Gods volk in vrede leeft. En ook niet dat Gods gezalfde koning is in Israël. Daarom vallen ze David aan. De satan wil Gods koninkrijk te gronde richten. Kapot maken. Weg ermee. Maar de HEERE beschermt zijn gezalfde koning. En geeft David de overwinning.

En nog iets. David verovert niet, omdat hij nu zo graag meer macht en invloed wil. Het gebied dat hij overwint is door God aan Israël beloofd. God had het al tegen Abraham gezegd (Gen. 15:18), dat Gods volk de hele landstreek mag hebben vanaf de rivier van Egypte tot aan de Eufraat toe. Deze belofte is later ook meerdere keren herhaald. Dat is precies het gebied waarbinnen David strijdt.

Wat verder opvalt is de manier waarop David strijdt. Hij wil zich houden aan Gods wetten. Hij verzameld niet schatten voor zichzelf, dat was in Gods wet verboden. Maar hij heiligt het voor de HEERE, voor de bouw van de tempel. Hij overwint veel paarden. Dat waren de tanks van vroeger. Maar hij verzamelt ze niet, dat was naar Gods wet ook verboden. David snijdt de paarden de pezen door, zodat hij niet op de macht van paarden gaat vertrouwen. Hij spaart de Moabieten niet. Dat was wel een verleiding voor David, omdat hij via Ruth ook familie was van de Moabieten. Maar hij straft hen en onderwerpt hen. Gods recht gaat boven familiebelang. Je proeft dus in alles: David wil in Gods wegen wandelen.

God geeft hem de overwinning. Er komen zelfs koningen met schatten naar David toe, om zich aan hem te onderwerpen, zoals Toï. Ook daarin wordt Gods profetie vervuld, dat heidenen hun schatten naar Jeruzalem zullen brengen (bijv. Jes. 60).

Nu kan je denken: maar dat was toen. Wat hebben wij daar vandaag aan? Het is belangrijk om te zien dat Gods werk in het Oude Testament niet minder waard is dan in het Nieuwe Testament. Het gaat om hetzelfde Koninkrijk, hetzelfde werk van genade en ook dezelfde vijand. Maar de strijd is wel op een andere manier. Een geestelijke strijd, met Gods Woord en Gods Heilige Geest.

Misschien herken je dat wel in je eigen leven? Zonden die je makkelijk kan bestrijden, die eigenlijk geen verleiding voor je zijn. Maar ook zonden die je met al je kracht moet bestrijden. Die je moet onderwerpen, omdat ze steeds weer bovenkomen. En je het zo moeilijk vindt om ertegen te vechten. De geschiedenis van David laat zien: hou vol! Verslap niet! Maar volhard in die strijd van het geloof. Dan mag je uiteindelijk zien dat God je uit genade door Jezus Christus de overwinning zal geven in de goede strijd van het geloof.

Gespreksvragen

  1. Herken jij iets van de verschillen die er kunnen zijn in de strijd tegen de zonde, zoals ik hierboven noem?
  2. Hoe kan je elkaar helpen om de goede strijd te (blijven) strijden?
  3. Hoe is het voor jou om de voortgang van Gods Koninkrijk te zien, zoals dat in het Oude Testament wordt beschreven, met geweld, oorlog en uitbreiding van het land?

Lezen 2 Samuel 8 (klik hier).

Klik hier om de preek over 2 Samuel 8 te horen.